Dagboek van de Opperrabbijn van 7 juni 2023

Dat een rabbijn meer is dan een pastoraal werker, een orator en een geestelijke, was me bekend. Ik voel me dus als een Joods manusje van alles. Maar dat ik ook cineast behoor te zijn, ging me net iets te ver! Mij werd per email verzocht of ik bereid was een tekst in te spreken voor een informatiepaaltje bij een voormalige synagoge. Nadat ik dus braaf het ja-woord had gegeven kreeg ik vervolgens een technische beschrijving hoe een en ander op video moest worden opgenomen en met welke belichting. En dat ging me net een stapje te ver. Een tekst voorlezen: prima! Maar een professionele YouTube maken: dat niet! En dus zal er te zijner tijd een technicus naar huize Jacobs komen om een professionele opname te fabriceren, nadat ik had uitgelegd dat een rabbijn weliswaar een manusje van alles is, maar dat het rabbinale ‘alles’ ook z’n beperkingen kent.

Dinsdag was mijn Brussel-dag. De hele dag kandidaten om Joods te worden uit vijf EU-landen die allen de instemming hebben van hun lokale rabbijn, maar aan mij de eer om de Joodse knoop door te hakken en de toetredingsprocedure wel of niet te laten doorgaan. Om 9:30 uur vertrokken en om 21:30 uur weer thuis. Uitgeput!  Uitgeput, omdat het achterhalen van de al dan niet oprechte intentie nogal wat van mijn geest vergt. De essentiële vraag is: wil de kandidaat Joods worden vanwege geloof in G’d en in het Jodendom, of is er sprake van een bijbedoeling of van een opwelling? Zie er maar achter te komen! Vind ik het leuk om hiermee bezig te zijn?  Helemaal niet! Het vreet zenuwen, heel scherp luisteren en je eigen emoties uitschakelen. Medelijden mag niet de reden zijn om iemand te laten toetreden. Medelijden is zeker een zeer goede eigenschap, maar wel gedoseerd en niet te allen tijde.

En nu we het dan toch hebben over medelijden en emoties: Mijn vorige dagboek eindigde ik met de woorden “Ik voel me emotioneel diep geraakt!”. Het ging over de uitvoering van “Sjiwwe”, een toneelstuk (?) van een half uur waarin het lot van De kinderen van de Kindertransporten uit Vught wordt vertoond. De jonge acteurs hebben allen gewoon een baan of zitten nog op school en zijn daarom beperkt in hun tijd. In Nationaal Monument Kamp Vught was het hun dertiende optreden. Ongelooflijk jammer dat ze niet in de gelegenheid zijn om alle middelbare scholen te bezoeken. Hun optreden, Sjiwwe, zou een verplicht onderdeel moeten zijn van educatie over de Holocaust. Prachtig te zien dat de jongeren niet zomaar hun rol als toneelspelers vervulden, maar zichzelf verplaatsen in de echte Kinderen van de Kindertransporten, vandaar het vraagteken dat ik heb geplaatst achter het woord toneelstuk.

En ondertussen wordt de oorlog meer en meer een deel van mijn leven, want er speelt voor mijn gevoel steeds meer. De restitutiesgelden, het fenomeen dat de Holocaust wordt ontkend, de Minister van Justitie en Veiligheid die overweegt het ontkennen van de Holocaust wettelijk strafbaar te maken en de verzoeken die me bereiken om lezingen te geven over antisemitisme.

Zojuist was ik bij de feestelijke opening van de tentoonstelling “Hallo, Israël”. De opening werd verricht door de ambassadeur en ook ik was gevraagd een paar woorden te spreken. Kort samengevat was de essentie van mijn toespraakje: 75 Jaar Israël is niet dankzij de Verenigde Naties, maar ondanks…!

Een van de genodigden kwam naar me toe met de vraag of het wel goed met me gaat. Hoezo, vroeg ik verbaasd. Het antwoord luidde dat mij dagboeken steeds bezorgder klinken. En dat is waar. Ik maak me in toenemender mate zorgen over de toekomst van Joods Nederland. Ik weiger te zwijgen, roep niet op tot collectief vertrek, maar waarschuw wel in de hoop dat mijn waarschuwen de niet-joodse samenleving prikkelen tot alertheid, want: wat toen geschiedde, kan morgen weer gebeuren. De kudde laat zich zo makkelijk de verkeerde kant opdrijven. Waarom zou dat nu niet zo zijn als we weten dat het kuddegedrag altijd heeft bestaan, toen, nu en…morgen…

Een voorbeeld van het nu? Blouma en ik waren aanwezig voor een vergadering in Kamp Amersfoort. Waarover die vergadering ging is voor nu niet relevant. Maar het werd duidelijk dat het Nederlandse pro-Oekraïne-kudde-gedrag wel erg eenzijdig is. In de Tweede Wereldoorlog stonden met name de Oekraïners bekend om hun wreedheden. Oekraïne ligt bezaaid met honderden massagraven. U hoort mij niet zeggen of denken dat ik deze afschuwelijk oorlog acceptabel vind. No way! Maar de Russen zijn de bad-ones en de Oekraïners zijn de good-ones, is iets te simpel. Wij juichen als we horen dat Russische soldaten zijn gesneuveld. Maar die soldaten werden veelal met grote tegenzin naar de fronten gedreven en konden geen kant op. Of van achter zeker de kogel wegens landverraad of van voren misschien een Oekraïens dodelijk schot. Velen van hen laten vrouw en kinderen achter.

Tijdens die vergadering was ook de beheerder van het Sovjet-ereveld aanwezig. Tientallen krijgsgevangenen van het Sovjetleger, dat ons heeft bevrijd, hebben gevangen gezeten in Kamp Amersfoort en werden na executie in de omgeving begraven. De meesten van hen kwamen uit Oezbekistan. Maar voor de gemiddelde huidige Nederlander is de Sovjet-Unie een synoniem van Rusland en is Oezbekistan een land dat uitsluitend in een boek als Kuifje kan voorkomen. Maar nu naar het “Sovjet-ereveld” gaan krijgt al gauw de vertaalslag dat je het eens bent met Poetin. En dus zijn Blouma en ik na de vergadering naar het monument gegaan. Want hoewel Poetins optreden tegen Oekraïne onaanvaardbaar is, zijn deze voor onze vrijheid gefusilleerde jonge soldaten wel onze bevrijders geweest en gaven zij voor ons hun leven.

 

 

Gedurende de coronatijd begon Opperrabbijn Jacobs met zijn dagboek op verzoek van het

Joods Cultureel Kwartier.

NIW publiceert nu deze bijzondere stukken op haar website www.niw.nl .

 

 

 

 

 

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven